Tussen het recht en de financiën van de overheid ofwel de belastingbetaler bestaat een moeilijk te doorgronden relatie. Terwijl er veel gedoe is om Eveline Herfkens te bewegen, ja zelfs met juridische maatregelen te dwingen, de in strijd met VN-regels door de staat aan haar toegekende huurvergoeding van 280 duizend US-dollars terug te laten betalen, betaalt diezelfde staat moeiteloos de parkeerboetes en geldboetes van in diensttijd gepleegde snelheidsovertredingen van haar ambtenaren. Dus Herfkens moet financieel bloeden voor een te goeder trouw begane overtreding, terwijl een horde ambtenaren financieel geen cent hoeft te betalen voor gewoon opzettelijk begane strafbare feiten.
De kosten van al die geldboetes van ambtenaren behelzen een veelvoud van het huursubsidiebedrag van Herfkens en kost de belastingbetaler dus veel meer. Wonderwel windt niemand zich hierover op. Hier is niet alleen sprake van selectieve rechtshandhaving, maar ook nog van ambtelijke bevordering van zogeheten kleine criminaliteit, waarop de gewone burger keihard wordt afgerekend. Het is uit oogpunt van integere strafrechtspolitiek onaanvaardbaar dat de staat (lees: belastingbetaler) de geldboetes voldoet van door ambtenaren gepleegde strafbare feiten. Daarmee wordt zowel de generale als de speciale preventie, twee belangrijke doelen in het strafrecht, illusoir gemaakt. Het meest stuitend is echter, dat onschuldige burgers financieel opdraaien voor schuldige medeburgers. Al met al een situatie die reeds op grond hiervan de moraliteit van het gejaag op de centen van Herfkens ernstig vervlakt.
Daar komt nog bij dat bij de toekenning van de huurvergoeding aan Eveline Herfkens sprake is van een grote dosis van medeschuld van de staat. Dat zal zeer waarschijnlijk een juridische veroordeling van Herfkens in de weg staan, maar het maakt het verschil tussen rechtshandhaving ten aanzien van Herfkens en de overige ambtenaren wel extra stuitend en willekeurig.
Saturday, May 31, 2008
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment